maandag 29 april 2013

MENS EN NATUUR: De Islam - Wat is de plaats van de mens in de natuur?

DE ISLAM

De mens en de wereld zijn door Allah geschapen en de mens staat centraal in de schepping, de wereld is er dan ook voor de mens. De koran spreekt meermalen over alle goeds dat Allah de mensen heeft geschonken: van de dieren krijgen de mensen kleding en voedsel en zij dragen zijn lasten overal naartoe waar de mens maar heen wil; de regen zorgt voor de aarde en brengt vele vruchten voort; de zee levert voedsel en zorgt ervoor dat schepen kunnen varen; dag en nacht, zon, maan en sterren, al deze dingen zijn gemaakt door Allah en hij heeft ervoor gezorgd dat de mens deze ook kan gebruiken. . Volgens de heilige Koran heeft de mens heerschappij over de dieren. De mens is genoodzaakt de natuur in stand te houden en is verantwoordelijk voor het welzijn van alle andere dieren. Als iemand misbruik maakt van de natuur is men schuldig en zal deze daad als slecht worden beschouwd door Allah, dit kan bijv. door illegale houtkap enz. De straffen die hij hiervoor eist zijn behoorlijk zwaar, zo kun je bijvoorbeeld naar de hel gaan. Voor de Islam is de natuur erg belangrijk, zelfs zo belangrijk dat het als een begeleider in het leven wordt gezien. Wij moeten luisteren naar wat de dieren en de planten ons te vertellen hebben, is bijvoorbeeld de luchtvervuiling te hoog dan zullen de vogels in dat gebied gauw sterven en de planten in dat gebied zullen verwelken dat is voor ons een reden om de luchtvervuiling terug te dringen. Het is belangrijk dat wij goed voor de natuur zorgen, want iemand die iets goed doet voor een ander schepsel van Allah is goed voor zichzelf en door Allah zal deze goedheid ook beloond worden.  
De natuur is een manifestatie van de Goddelijke waarheid. Haar nut en pracht getuigen van de volmaaktheid van Zijn schepping, en het is aan de mens dit te herkennen.
God heeft de mens als beheerder over de natuur op aarde aangesteld. Door met ontzag en dankbaarheid gebruik te maken van alles wat er op aarde is, laat de mens zien dat hij zijn bevoorrechte positie verdient en bewijst hij eer aan God.
  • Hoe is de natuur ontstaan?
Volgens soera 7:52 schiep God de hemelen en de aarde in zes dagen. Andere soera's zijn minder exact. Anders dan de bijbelse beschrijving van het ontstaan, kent de schepping volgens de koran geen rustdag. God houdt zich elke dag met iets bezig.

Wanneer de schepping plaatsvond, wordt nergens vermeld.
De eerste mens maakte Hij uit klei of uit een druppel bloed. Dit was Adam, die Hij als stedehouder over de natuur aanstelde.
Vóór de schepping ligt een eeuwigheid zonder begin. Na het Laatste Oordeel, waar iedereen berecht zal worden naar zijn daden in het aardse leven, is er een eeuwigheid zonder eind. Ook de tijd is dus een onderdeel van de Schepping.
 
  • Hoe is de natuur georganiseerd?
God is, behalve de Maker, ook de Oorzaak van alle dingen. Alles wat mensen, dieren, planten, aarde, hemel, zon, maan, wolken, wind, regen, dag en nacht aangaat, wordt door Hem gestuurd. Hij is overal, zonder dat men kan zeggen waar. God is immers ondeelbaar, dus Hij kan niet lijfelijk aanwezig zijn in afzonderlijke onderdelen van de natuur.
Kosmosmodel
De aarde bevindt zich in het centrum van de kosmos. De natuur op aarde is stoffelijk en vergankelijk, in tegenstelling tot de hemelbollen, die absoluut en onstoffelijk zijn. Men nam aan dat de stoffelijke wereld uit vier elementen was opgebouwd: aarde, water, lucht en vuur. Alles wat zich op aarde bevindt is samengesteld uit deze elementen, in steeds wisselende verhoudingen en combinaties. De werking van de elementen maakt dat alles steeds in verandering is. De aarde wordt daarom de wereld van ontstaan en vergaan genoemd.
De hemel bestond maar uit één element: aether. Aether kent alleen de volmaakte beweging, die in een cirkelvorm gaat. Vandaar dat de planeten in cirkels rond de aarde draaien. De sterren zitten vast op de buitenste bol, die dagelijks om zijn eigen as draait. Buiten de aarde is geen verandering.
Ook de koran maakt melding van de geordende schepping in zeven lagen:
Die geschapen heeft zeven hemelen in lagen. Niet zult gij in de schepping van de Erbarmer ordeloosheid vinden.
(Soera 67:3)
Dit model van de kosmos werd door islamitische wetenschappers in de Middeleeuwen overgenomen uit klassieke Griekse geschriften, vooral die van Aristoteles. Ptolemeus had dit Aristotelische model herzien, waarbij hij stelde dat de baan van de planeten niet exact cirkelvormig was. Omdat de schepping als werk van God wel volmaakt móest zijn, weigerden moslims de observaties van Ptolemeus over te nemen.
Verborgen orde
De basis van Middeleeuwse islamitische wetenschap was het van de Griekse filosofen afkomstige geloof dat achter de ogenschijnlijke chaos een fundamentele orde schuilging. Deze orde werd beheerst door universele wetten die toegankelijk waren voor het menselijk verstand. Ieder wezen op aarde vertegenwoordigt een waarheid die buiten de aarde ligt. Dit idee is sterk beïnvloed door het neoplatonisme, de leer die inhield dat alle onderdelen van de kosmos voortkwamen uit hetzelfde goddelijke principe.
Volgens de islamitische wetenschappers waren de natuurwetten waren niet onveranderlijk. Zij werden de 'gewoonte van God' genoemd, die Hij op ieder moment zou kunnen veranderen als Hij dat wilde.
 
  • Wat is de plaats van de mens in de natuur?
De mens is het hoogst ontwikkelde schepsel in de aardse natuur. Hij heeft de plicht om de natuur in dankbaarheid te aanvaarden, en op een verantwoorde manier gebruik te maken van de schepping.
Verborgen wijsheid
Door de orde in de natuur te doorgronden, tracht hij de verborgen wijsheid van de Schepper te kennen. Ook in haar doelmatigheid en schoonheid kan de verstandige mens Zijn tekenen herkennen.
De mens is het enige levende wezen met een ziel, en is ook als enig wezen in staat om zijn oorsprong te kennen. En hij kent zijn doel: het dienen van God.
Koranstandaard
Rijksmuseum voor Volkenkunde
Verschillende soera's uit de koran verwoorden de positie van de mens als heerser. Soera 67, vers 15 bijvoorbeeld, luidt:

Hij is het die de aarde voor u voegzaam gemaakt heeft; wandelt dan op haar flanken en eet van Zijn onderhoud.
En in soera 80 is te lezen:
Wij doen het water in stromen vloeien; daarna doen Wij de aarde opensplijten; en doen Wij koren op haar groeien; en wijnranken en rauwkost; en olijfbomen en dadelpalmen; en dichtbegroeide tuinen; en ooft en weidegrond; tot nut voor u en uw kuddedieren.
Dat de mens op een verantwoordelijke manier met de natuur om moet gaan is op te maken uit soera 7, waarin staat:
Brengt geen verderf op aarde, nadat zij in orde gemaakt is.
Classificatie
Wanneer islamitische wetenschappers in de Middeleeuwenclassificaties van de rijken der natuur opstelden, gebeurde dit in de meeste gevallen naar het nut voor de mens. Het dierenrijk wordt verdeeld in heersende dieren (de mens), overheerste dieren (gedomesticeerde dieren) en noch heersend, noch overheerst: de wilde dieren. Een andere verdeling is die van mens, djinns, rijdieren, gedomesticeerde dieren, wilde dieren, vogels en kruipend gedierte. Djinns zijn wezens die de hemelen bevolken. Zij hebben niet, zoals de mens, de vrijheid om te zondigen, maar kunnen alleen doen wat God hen beveelt. Planten werden meestal niet als levend wezen beschouwd. Zij werden wel bestudeerd, om hun medicinale of agrarische toepassing.
Theologische natuurkunde
Islamitische natuurwetenschappers moesten wel op hun hoede zijn. Kennis die niet voortkwam uit de openbaring en de islamitische traditie was voor orthodoxe moslims irrelevant en kon zelfs de eerste stap op weg naar ketterij zijn. Maar de wetenschap kon ook ten dienste van de religieuze praktijk staan. Astronomie was belangrijk omdat ze hielp het tijdstip te bepalen waarop moslims moesten bidden, en aan de hand van de sterren kon de richting van Mekka aangewezen worden.
Wetenschappelijke kennis van dieren, planten en mineralen ondersteunde de exploitatie van de natuur. En de opdracht om zo goed mogelijk gebruik te maken van de natuur, heeft ook geleid tot een hoge vlucht van de technologie. Vooral waterwerken, waarmee het droge landschap van de meeste islamitische landen bevloeid kon worden, stonden in de belangstelling.
 
  • Hoe ziet de ideale natuur eruit?


De tuin is de natuur volgens het ideaal van de cultuur.
De islamitische tuin is een paradijs op aarde. De symmetrische aanleg weerspiegelt de volmaakte orde van de schepping. Weelderig groeiende struiken en bomen getuigen van een Goddelijke overvloed. Schaduwrijke plekken en koele waterstromen symboliseren Gods genade. Een verblijf in de tuin is de prettigste manier om aan de beloftes van het paradijs herinnerd te worden.

De Taj Mahal, een islamitisch paradijs op aarde. Foto W. Tamboer

Aards paradijs De vele Paradijsbeschrijvingen in de koran maken veel duidelijk over de beleving van deze hemelse tuinen. Over de vorm blijft echter veel te raden over. Er is sprake van een poort, van rivieren, altijd rijpe vruchten en altijd jong blijvende jongelingen in mooie kleren.
De vorm die de islamitische tuin heeft aangenomen, is afkomstig van koningstuinen die de islamitische heersers in Perzië aantroffen. Dit tuinbeeld heeft de voorstelling van het paradijs in sterke mate bepaald. In beide waren een overvloedige bloemenpracht, vruchtbomen, koeltebrengende fonteinen, en paviljoens waarin genoten werd van dit alles.
Water
In een groot deel van het islamitische rijk is het klimaat heet en droog. Om een tuin aan te leggen moet de natuur ter plekke bedwongen worden. Om in de tuinen toch waterpartijen aan te kunnen leggen en een overdadige beplanting mogelijk te maken, was een ingenieus bevloeiingssysteem nodig. De kruisvorm die de waterkanalen in islamitische tuinen hebben, is volkomen onnatuurlijk, en illustreert het islamitische streven naar het zichtbaar maken van de verborgen kosmische orde. Het water zelf is een symbool voor Gods genade. De vier kanalen verwijzen naar het paradijs, waar vier rivieren stromen, gevuld met water, wijn, melk en honing.
Planten en bomen
Bloembedden in islamitische tuinen liggen een stuk lager dan de paden. Omdat de bloemen op enkelhoogte te zien zijn, is het alsof er kleurige tapijten liggen. In de paviljoens en woonvertrekken liggen werkelijke tapijten. De eenheid van tuin en huis wordt hiermee benadrukt.
In de tuinen van de Moghuls, stonden in alle seizoenen, en ook 's nachts, planten en bomen in bloei. Daardoor leek de tijd er, net als in het Hemels paradijs, stil te staan.
De meest karakteristieke boom in de islamitische tuin is de cypres. Vooral in graftuinen is hij aanwezig. Omdat hij het hele jaar groen blijft, is de cypres een symbool voor onsterfelijkheid en ook staat hij voor de verbinding tussen hemel en aarde. Vaak zijn de cypressen om en om geplant met vruchtbomen, die vanwege hun jaarlijks bloesemen en vruchten dragen, wederopstanding symboliseren. Verder van de waterkanalen vandaan staan vruchtbomen, wilgen, populieren en platanen. De gelijkenis van hun stammen met zuilen, die het plafond van gebladerte dragen, versterken de indruk van de tuin als een koel binnenvertrek.
Treed binnen
De toegangspoort is veelbetekenend binnen de paradijssymboliek van de tuin. Voordat de gelovigen de tuinen van het Hemels Paradijs betreden, gaan zij ook door een poort. Op de toegangspoort van een van de beroemdste islamitische tuinen, de Taj Mahal, is de 89ste soera aangebracht. Deze eindigt met de toepasselijke regels:
O gij tot rust gekomen ziel,
Keer terug tot uw Heer, welvoldaan en welgevallig,
En treed binnen onder Mijn dienaren,
En treed binnen in Mijn Gaarde.


Geraadpleegde bron:
http://www.natuurinformatie.nl/natuurdatabase.nl/natuurdatabase.nl/i000000.html geraadpleegd op april, 29, 2013.

 
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten